Paragrafen

Grondbeleid

Reserves in relatie tot de risico’s

Gelet op de omvang van de investeringen en de vaak lange looptijd van veel projecten loopt de gemeente risico’s. Risico’s kunnen leiden tot financiële schade, waardoor de beoogde doelstellingen van de gemeente geheel of gedeeltelijk teniet kunnen worden gedaan. Jaarlijks worden de risico’s herzien in het kader van de herziene Nota Grondexploitaties.

Wanneer sprake is van geprognosticeerde verliezen geldt dat hiervoor een voorziening moet worden gevormd op het moment dat deze voorzienbaar en onafwendbaar zijn. Een dergelijke voorziening is niet statisch en zal jaarlijks, dan wel bij planaanpassing, om herziening vragen. De getroffen voorziening moet gelijk zijn aan het negatieve verwachte resultaat op contante waarde van de grondexploitatie van het betreffende complex.

Twee complexen hebben een negatief verwacht resultaat op contante waarde, waarvoor een verliesvoorziening is getroffen. Het resultaat van het complex Heer&Meester valt per 1 januari 2025
€ 382 duizend positiever uit ten opzichte van 1 januari 2024. De reeds getroffen verliesvoorziening van dit complex wordt derhalve op basis van de voorschriften met dit bedrag verlaagd. Het complex Elementen is voor € 1,48 miljoen nadelig gemuteerd, waardoor het resultaat van het plan verslechterd. Hiervoor is een aanvullende voorziening van € 1,48 miljoen benodigd. In totaal is per 1 januari 2025 een totale voorziening van € 23 miljoen getroffen voor deze twee complexen.

Geboekte voorziening per 31-12-2023

21.904.000

Voorziening complex Heer&Meester

-382.000

Voorziening complex Elementen

1.480.000

Geboekte voorziening per 31-12-2024

23.002.000

De belangrijkste risico’s die zich voor de gemeentelijke grondexploitaties kunnen voordoen zijn dalende grondprijzen en stijgende kosten. Deze zijn afhankelijk van veel (externe) factoren, waar de gemeente beperkte sturingsmogelijkheden op heeft. Jaarlijks worden de grondexploitaties zo goed mogelijk afgestemd op de marktsituatie, waardoor deze externe risico’s zoveel mogelijk worden beperkt.

Rente
De BBV stelt dat wanneer een gemeente niet aan projectfinanciering doet, gebruik dient te worden gemaakt van de reguliere omslagrente. Dit percentage kan ieder jaar iets anders uitvallen. Momenteel bedraagt de omslagrente 0,77%, die ook in de grondexploitaties zijn doorgevoerd. Het BBV geeft aan dat, om fluctuaties in de resultaatbepaling van de grondexploitatiebegrotingen tegen te gaan, een bandbreedte van 0,5% gehanteerd mag worden, waarbinnen de raming in de grondexploitatie mag afwijken van de omslagrente.

Er bestaat een kans dat de rente op langere termijn zal gaan afwijken. Dit gaat bij stijgende rente een negatief effect op de resultaten van de negatieve grondexploitaties geven. In onderstaande tabel staat het effect van mutaties in de rentelasten van de grondexploitaties, bij een gelijkblijvende discontovoet van 2%, weergegeven:

Scenario

Effect 2025
(x 1 mln)

Effect 2024
(x 1 mln)

1

Rentelasten dalen naar 0%

+1,4

+2,5

2

Rentelasten blijven 0,77%

0

0

3

Rentelasten stijgen naar 2%

-2,4

-2,0

4

Rentelasten stijgen naar 3%

-4,5

-4,6

5

Rentelasten stijgen naar 4%

-6,8

-7,4

Deze risico’s zijn meegenomen in de paragraaf risicobeheersing en weerstandsvermogen.

Grondprijzen

In de grondexploitatie wordt rekening gehouden met marktconforme prijzen. Wanneer het marktsentiment verslechtert, heeft dit gevolgen voor de grondprijzen.

In onderstaande tabel is weergegeven wat het effect op het resultaat van de grondexploitaties zal zijn, wanneer de grondprijzen met respectievelijk 5%, 10% of 15% moeten worden verlaagd.

Scenario

Effect 2025
(x 1 mln)

Effect 2024
(x 1 mln)

1

Grondprijzen dalen 5%

-0,6

-0,9

2

Grondprijzen dalen 10%

-1,2

-1,8

3

Grondprijzen dalen 15%

-1,7

-2,6

Deze risico’s zijn meegenomen in de paragraaf risicobeheersing en weerstandsvermogen.

Opbrengstenstijging
In de grondexploitatie wordt rekening gehouden met een jaarlijkse grondprijsstijging van 2% m.u.v. plannen waar risicodempende maatregelen zijn genomen. Verwacht wordt dat de woningmarkt komende jaren door blijft groeien. Wanneer deze groei tot stilstand komt of omslaat in krimp, zullen toekomstige grondprijsstijgingen gedeeltelijk of helemaal niet meer tot stand komen.

In onderstaande tabel staan de effecten van een mutatie in de langjarige grondprijsstijging weergegeven:

Scenario

Effect 2025
(x 1 mln)

Effect 2024
 (x 1 mln)

1

Opbrengstenstijging gehele looptijd 3%

+1,0

+2,1

2

Opbrengstenstijging gehele looptijd 2%

+0,6

+1,4

3

Opbrengstenstijging gehele looptijd 1%

+0,1

+0,7

4

Opbrengstenstijging gehele looptijd 0%

-0,2

0

Deze risico’s zijn meegenomen in de paragraaf risicobeheersing en weerstandsvermogen.

Kostenstijging
De gemeente hanteert in de grondexploitaties een kostenstijging van 2% per jaar, wat aansluit bij de langjarige inflatie-doelstellingen van de ECB. Een afwijking heeft het volgende effect op de resultaten van de grondexploitatie.

Scenario

Effect 2025
(x 1 mln)

Effect 2024
 (x 1 mln)

1

Kostprijsstijging 0%

+0,7

+0,7

2

Kostprijsstijging 1%

+0,4

+0,3

3

Kostprijsstijging 2%

0

0

4

Kostprijsstijging 3%

-0,4

-0,4

5

Kostprijsstijging 4%

-0,7

-0,7

Deze risico’s zijn meegenomen in de paragraaf risicobeheersing en weerstandsvermogen.

Deze pagina is gebouwd op 07/15/2025 09:36:33 met de export van 07/15/2025 09:04:59